De inkomensafhankelijke combinatiekorting (kort gezegd de iack) is een heffingskorting in de inkomstenbelasting waar een ouder recht op kan hebben als hij / zij zorgt voor een kind dat jonger is dan 12 jaar én werkt.
Je kan aanspraak maken op de inkomensafhankelijke combinatiekorting als:
– Het kind ingeschreven staat op het woonadres van de ouder. Een kind kan namelijk maar op één woonadres ingeschreven staan.
Voor co-ouders is er een uitzondering op deze regel. De ouder waar het kind niet ingeschreven staat kan ook aanspraak maken op de inkomensafhankelijke combinatiekorting als het kind drie tot drie en een halve dag per week bij beide ouders verblijft.
De ervaring leert dat er strikt met deze uitzondering wordt omgegaan. In onze praktijk maken we bijvoorbeeld veel mee dat ouders die een regeling hebben waarbij een kind niet wekelijks drie a drie en een halve dag bij de ouder is waar hij / zij niet ingeschreven staat geweigerd worden voor toepassing van de inkomensafhankelijke combinatiekorting.
Maar mogelijk komt daar binnenkort verandering in! Een ouder maakte aanspraak op de inkomensafhankelijke combinatiekorting . Deze ouder had een zorgregeling waarbij de dochter de ene week vier dagen en de andere week twee dagen bij hem verbleef met een wekelijkse wisseldag. De inspecteur van de Belastingdienst weigerde de inkomensafhankelijke combinatiekorting te verlenen, omdat hij vindt dat de dochter niet doorgaans drie dagen per week bij de ouder verblijft waar zij niet ingeschreven staat. De ouder ging tegen deze beslissing in beroep bij de rechtbank. De rechtbank oordeelde dat de belanghebbende wel recht had op de inkomensafhankelijke combinatiekorting , maar het hof in de hoger beroepsprocedure niet. Daarop stelde deze ouder beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
De advocaat-generaal (die geeft een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad) adviseert nu om de eis dat een kind doorgaans drie tot drie en een halve dag per week bij de ouder moet verblijven, ruimer en soepeler toegepast moet worden. Het uitgaan van een beoordelingsperiode van een week betekent volgens de AG dat ondanks gelijke verzorging van het kind, één van de ouders niet in aanmerking komt voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting . De AG adviseert daarom om in plaats van per week, per twee weken te beoordelen of een kind vrijwel de helft van de tijd verblijft bij de ouder op wiens woonadres het kind niet staat ingeschreven. Co-ouders hebben dan meer mogelijkheden om hun onderlinge regeling af te stemmen op de persoonlijke situatie. Dit past beter bij de maatschappelijke ontwikkelingen en het brengt ook minder risico’s voor conflicten bij een echtscheiding, zo stelt de AG. Als co-ouders dan bijvoorbeeld kiezen voor een regeling zoals bij de ouder die deze procedure is gestart dat die wel aanspraak mag maken op de inkomensafhankelijke combinatiekorting .
To be continued!
Het is nog niet bekend wanneer de Hoge Raad uitspraak zal doen. Zodra de uitspraak bekend is dan laten wij je dit natuurlijk weten! In de tussentijd bespreken we deze mogelijke wijziging in alle toepasselijke zaken die wij behandelen.
Familierecht advocaat Utrecht
Heb je nog vragen over dit onderwerp of wil je weten wat wij voor jou kunnen betekenen? Neem dan contact op voor een kennismaking met een familierecht advocaat van De Zaak in Recht. Wij adviseren je graag.
Deel deze blog
Lees ook onze andere blogs:
Stuur ons een bericht: